Zoete aardappel telen
Leg de knol van een zoete aardappel begin februari op ca 5 cm aarde in een bakje op een warme plaats. Houd de aarde goed vochtig. Na een paar weken komen er scheuten op de knol. Soms groeien er ook wortels in de aarde.
Als de stekken 7 tot 10 cm groot zijn knak je ze van de knol en zet je ze in een pot met ongeveer 2 cm water op een warme lichte plaats. (niet in de volle zon, want dan "koken" ze). Nu zullen er elke paar dagen nieuwe stekken op de knol komen die je kunt "oogsten"
In de pot groeien er wortels aan de stekken. Als die ongeveer 2 cm groot zijn kun je de stekken overzetten in ruime potten. Zet ze op een warme plaats. Kan vanaf half maart ook in de koude kas als je er maar voor zorgt dat die vorstvrij blijft. (bij verwachte vorst een lang brandend waxinelichtje in een jampot tussen de potten met zoete aardappel zetten, desnoods ook extra tunneltje om de warmte goed vast te houden.
Ik plant de zoete aardappelen liefst in de breedte over een(1) rij over enkele bedden. Ik verwijder begin maart het blad ca 50 cm breed van de teeltrijen en maak een geul van ca 15 cm diep en waarvan ik de bodem nog even los woeler met de woeler. Het blad leg ik terug op de verhoogde randen. Daarna zet ìk een tunneltje over de geul en de verhoogde randen met vliesdoek (vliesdoek leg ik vast met balastzakjes gevuld met zand) plastic tunnelfolie als er nachtvorst voorspeld wordt.
Begin april maak ik in de geul horizontale plantgaten en daar leg de stekken zo veel mogelijk horizontaal in zodat er veel wortels aan de stengel kunnen groeien. Ik dek de aarde in de geul toe met een laagje blad van de verhoogde randen als dat er nog is. Ook plant ik enkele afrikaantjes en akkergoudsbloemen op de taluds van de verhoging in de hoop dat dat o.a. de veenmol weert. Ook bevorder ik de groei van de witte en rode klaver op de verhoogde randen zodat stikstof gebonden wordt.
Na de ijsheiligen kan de tunnel worden verwijderd en vul ik nog wat bruine mulch toe in de geul. Daarmee wil ik bereiken dat er zo veel mogelijk vocht wordt vast gehouden in de drogere perioden.
Vanaf eind juni geef ik iedere maand nog wat extra bio-kalimeststof opdat de knollen zich beter kunnen zetten.
Zo laat mogelijk ik het jaar doch voordat er vorst wordt verwacht oogst ik de knollen met een aardappelriek (dat is een riek met stompe punten).
Bewortelde uitlopers zet ik zo veel mogelijk apart in de kas en hoop dat ik ze vorstvrij kan overwinteren. (dit is mij nu -maart 2023- nog niet gelukt)
Schuier zo veel mogelijk aarde van de knollen en droog ze in een warme droge omgeving. De schil wordt nu steviger en de knol rijpt nog na waardoor die zoeter wordt. Vocht en koude kunnen nu juist er voor zorgen dat ze gaan schimmelen en rotten.
Als de knollen droog zijn koel maar wel vorstvrij bewaren bijvoorbeeld in een container met laag om laag droog zand zoete aardappel en droog zand. Als laatste een laag zand.
-
Ingedeeld bij