-
8
-
Het leven van de bekeerde "ik"
De navolging van Christus in gemeente en maatschappij.
Veel levenslopen beschrijven de ervaringen dat wie eenmaal zo ver gekomen is dat de rest van het leven in dienst gesteld wordt van de Heer, ondekt dat het leven dan pas begint.
- Dan begint de feitelijke navolging van Christus.
- Dan begint het slijpen, schaven en polijsten door de Heer
- Dan begint de vorming naar het evenbeeld van Christus.
Veel van die ervaringen zullen slechts door christenen herkend worden die zelf in dit stadium van geloof zijn gekomen. Voor anderen klinken deze ervaringen vaak als dwaasheden . De openheid in de ervaringen maakt het lezen van de levenslopen interessant. Deze openheid toont ook hoe universeel de effecten van die overgave aan de Heer in feite zijn. Iedereen kan de wijsheden en ervaringen van de vorige generaties gebruiken. Tegelijkertijd blijft iedere ervaring voor iedere persoon uniek.
Bezinningsvragen
- Hoe heeft de Heer aan mijn persoon gewerkt?
- Wat wil ik daarvan delen?
- Waaraan heb ik gemerkt dat de Heer aan mij heeft geslepen, gepolijst en gekneed zodat ik steeds meer op Hem ga lijken?
Uit de traditie
De opname in de gemeente was voor velen het hoogtepunt en het einde van de eigenhandig geschreven levensloop. Dat neemt niet weg dat er ook veel levenslopen zijn waar de auteur uitgebreid in gaat op het leven in de gemeente en op de dienst in gemeente en maatschappij. Dat geldt vooral voor de medewerkers, zoals zendelingen en predikanten. Er zijn levenslopen waarin de maatschappelijke ontwikkeling een belangrijke plaats in neemt, maar ook waarin die nauwelijks of helemaal niet wordt genoemd.
Voorbeelden
- Nadat Nicolas Garrison (1701-1781) was opgenomen in de gemeente kreeg hij opdracht om samen met enkele broeders een schip te kopen voor de Broederuniteit. Met dat schip (Irene)) zeilden ze op de eerste reis met 132 mensen van Rotterdam naar New York. Hij maakte nog vele reizen voor de Broederuniteit en werd ook een paar keer op zee gevangen genomen door vreemde mogendheden. Het verhaal leest als een stoer zeemansverhaal, ( Situaties aan boord ). Het Engeland van die tijd waarvan Amerika een kolonie was was immers regelmatig in oorlog met Spanje of Frankrijk. Kaapvaardij was een algemene oorlogsdaad.
- Johannes Sörensen (1713-1802) beschrijft hoe hij naar Groenland reist. Toen hun groep daar aan land gezet was moesten zij in een open boot nog veel gevaren doorstaan voordat zij "door Gods genadige bewaring" gelukkig en wel behouden in de nederzetting NeuHerrnhut aan kwamen. Daar begon het dagelijks smeken tot "de lieve Heiland" om hem met de nodige kracht en genade voor de Zendingsdienst toe te rusten zodat hij tot eer en vreugde van de Heer de zending tot enig nut zou kunnen zijn. Over het slijpen en polijsten door de Heer vertelt hij dat hij tijdens zijn 47-jarige dienst in Groenland de genade en redding van de Heer verschillende keren heeft ervaren. De bezoeken aan de Duitse gemeenten heeft hij als een blijvende zegen ervaren. "Vooral de 13 weken, die ik in de jaren 1755 en 1756 in Berthelsdorf in het huis van de eerbiedwaardige graaf Von Zinzendorf door mocht brengen blijven voor mij onvergetelijk. Daar heeft mij de lieve Heiland in een zeer bijzondere school opgenomen, en mij er van bewust gemaakt dat ik toch nog steeds een arme zondaar ben. Nog nooit eerder maar ook later was ik mij bewust van zoveel slechte hoeken in mij - zoals eigenliefde als ook van mijn totale ellende - maar hij heeft mij ook als een arme zondaar in Zijn lijden, bloed en dood de genade en rijke troost laten ervaren. Daarvoor zal ik hem in alle eeuwigheden mijn diep bewogen dank aan de voeten brengen."
- Nadat Anna Böhler (1740-1809) de Heer volledig heeft aanvaard kan zij de Chor-helpster in vertrouwen nemen en krijgt zij veel voldoening in haar opvoedkundige werkzaamheden. In 1771 trouwt ze nadat zij door diepgaand gebed de overtuiging heeft gekregen dat dit huwelijk de wil van de Heer is. Zij dient met haar man de gemeente in Philadelphia.
- Luise Trespe (1846-1924) geeft een korte notitie over haar kindertijd, maar verder bevat de levensloop alleen haar ervaringen als diacones. Zij geeft nauwelijks inzicht in de ontwikkeling van de persoonlijke relatie tot de Heer.
- Herman Leporin (1864-1960) besteedt het grootste deel van de levensloop aan ervaringen in de maatschappelijke ontwikkeling, de geestelijke ontwikkeling lijkt daaraan dienstbaar te zijn en kan slechts tussen de regels door worden gelezen.
- Margarete Ribbach (1893-977) geeft in haar levensloop een uitvoerige geschiedschrijving over de zorg aan lepra patiënten in Jerusalem en later Ramallah. Ook in deze levensloop is de werking van de Heer alleen te ontdekken als tussen de regels door wordt gelezen.
- Herbert Prellwitz (1898-1996) memoreert hoe het lezen van de dagteksten hem bemoedigd hebben in de voorbereiding en uitvoering van gevaarlijke gouvernementsreizen in de binnenlanden van Suriname.
In deze categorie
-
Ingedeeld bij
-
Hits52 views